Block commando's

Een block is een samengesteld onderdeel met een naam. Een block bestaat uit lijnen, solids enz., maar kan ook weer uit andere blocks bestaan. Er zijn een groot aantal voordelen, waaronder:

  • een block wordt in de tekening één keer gedefinieerd en kan daarna op een oneindig aantal plekken in de tekening voorkomen. Dit betekent dat een vrij complex block dat 100 keer voorkomt in de tekening nog steeds een hele kleine tekening oplevert. Ondanks dat het block complex is, is de beschrijving van het block maar één keer nodig.
  • het is natuurlijk handig dat onderdelen als geheel te verplaatsen zijn zonder losse objecten te moeten selecteren
  • blocks hebben een naam en kunnen geteld worden
  • een block kan extra tekstinformatie bevatten dat uniek kan zijn per block (attributes).



Een block maken

Een block wordt voornamelijk op deze manieren gemaakt:

  • bij het inserten van een block uit de bibliotheek.
  • na het commando BLOCK waarbij objecten in de tekening als block worden samengevoegd.
  • door het commando INSERT waarbij een tekening (DWG bestand) wordt ingevoegd. De bestandsnaam van de DWG wordt de blocknaam.
  • door copy (ctrl-v) en dan Paste as block (meestal met reschtermuistoets menu). Dit wordt afgeraden aangezien er een willekeurige blocknaam wordt gegenereerd. Pas eventueel de naam direct na invoegen aan met RB (Rename Block).

Een tekening (DWG) die wordt ingevoegd in de tekening met SCADLIB (de bibliotheek) of INSERT wordt omgezet naar een block met de naam van de tekening. De tekening hoeft dus geen block(s) te bevatten, als je die opent zie je bijvoorbeeld alleen solids en geen blocks. Wat in elk geval NIET mag is in een tekening een block maken met een bepaalde naam en diezelfde naam gebruiken bij het opslaan van de tekening. Want dan ontstaat bij inserten een block die zichzelf bevat.





SCAD Re-Event commando's die betrekking hebben op blocks

Aangezien SCAD Re-Event veel met blocks werkt zijn er heel veel commando's die werken met blocks. Veel van die commando's staan ook elders op deze site, maar hier volgt een opsomming van veel gebruikte commando's.

Naam Beschrijving
RXB/RYB/RZB Roteert alle objecten die een insertie punt hebben (zoals blocks en teksten) om dit punt in een op te geven hoek. Andere objecten worden genegeerd. Elk object draait om zijn eigen referentiepunt, over de X, Y of Z as.
RXBI/RYBI/RZBI Als RXB/RYB/RZB, maar de as waar om wordt gedraaid is de eigen as van het block. Elk block draait dus om z’n eigen X, Y of Z-as
RBCLEAN Zet de rotatie van elk geselecteerd block weer op 0.
ROTDYN Uitrichten van blocks op een bepaald punt. Alle blocks staan met de Y-as in de richting van de cursor.
SF Selectie filter. Filtert een selectie op Block, Color, Entity, Layer of lineType. Geef eerst aan wat het filter moet zijn, selecteer vervolgens een voorbeeld object met de juiste parameter, bijvoorbeeld een block. Direct daarna vraagt het programma opnieuw om een selectie, maar nu zullen alle objecten die niet aan het criterium voldoen niet worden geselecteerd.
WBLOCKM Schrijft alle blocks in de tekening weg naar een op te geven map. WBLOCKM is een handige tool om er achter te komen waarom een tekening erg groot is. Kijk in de map waar de blocks naar toe geschreven zijn en sorteer op grootte.
SELBLK Selecteer één Block en daarna selecteert dit commando alle andere blocks (inserts) in de tekening. Samen met REPLACE kan hiermee snel bijvoorbeeld een bepaald type lamp door een ander type worden vervangen, zonder alle inserts af te hoeven gaan in de tekening. Als er een isolatie ( commando ISOL) actief is wordt er niet gezocht in onzichtbare opbejcten.
SELBLKS Als SELBLK, maar nu met de mogelijkheid om meerdere blocks te selecteren. Samen met REPLACE kan hiermee snel bijvoorbeeld een bepaald type lamp door een ander type worden vervangen, zonder alle inserts af te hoeven gaan in de tekening.
REPLACE Vervangt een block door een ander block. Alleen de geselecteerde blocks worden vervangen, dus de block definitie zelf blijft intact. Het is mogelijk om verschillende blocks in één keer te selecteren en dus te vervangen door een ander block. Gebruik dit commando eventueel in combinatie met SELBLK of SELBLKS om een bepaald block te vervangen door een ander block, bijvoorbeeld alle lampen van een bepaald merk door een ander merk.
REPLACEGLOBAL Vervangt een block door en ander block, maar ook als het te vervangen block in en ander block zit.
SHOWDUPBLK Selecteert alle dubbele blocks, dus blocks die op dezelfde plek staan en dezelfde rotatie hebben. Vooral van belang voor de telling van de tekening.
CBI Change Block Insertionpoint, aanpassen van het insertiepunt (aangrijpingspunt) van een block. Houd er rekening mee dat de inhoud van het block verspringt als het referentiepunt verandert, het referentiepunt zelf blijft op dezelfde plek staan.
CBIR Aanpassen van het referentiepunt van een block waarbij de inhoud van het block op dezelfde plek blijft, maar het referentiepunt springt naar de nieuwe plek.
RB Rename Block, aanpassen van de naam van het block. Het block verandert van naam, dus op elke plek waar het block in de tekeninng staat.
CB Copy Block, maakt een kopie van het block met een nieuwe naam. Ideaal als een block aangepast moet worden, maar niet op alle plekken waar het block staat. Na CB is het block uniek en een aanpassing heeft alleen betrekking op dat ene block.
RBCLEAN Haalt alle rotatie van het block wer.
GEOM Laat de 3D rotatie zien van het block in de commandbar (onderin het scherm).
BLKIMPORT Importeert alle DWG's uit een map en zet de blocks naast elkaar in de huidige tekening. Wordt soms in combinatie met WBLOCKM gebruikt om snel aanpassingen te maken aan alle DWG's in een map (in de bibliotheek bijvoorbeeld).