De Drawing Explorer

Los van de grafische inhoud bevat een DWG ook een aantal definities en instellingen die nodig zijn voor de weergave van de tekening. Deze instellingen zijn te vinden in de Drawing Explorer.

  • Layers: alle lagen in de tekening
  • Layer States: bewaart de laaginstellingen om later terug te zetten
  • Blocks: Een block is een samengesteld object dat al seen geheel behandeld wordt.
  • Views: Het huidige aanzicht (al van niet ingezoomd) kan opgeslagen worden als een Saved View, dat later kan worden opgeroepen.
  • Coordinate Systems: In iedere tekening kan een eigen coordinaten system gedefinieerd/gebruikt worden.
  • Line types: Een lijst met aanwezige lijntypes. Tevens kunnen nieuwe lijntypes worden toegevoegd.
  • Text Styles: Een lijst met aanwezige tekst stijlen. Tevens kunnen nieuwe tekststijl worden toegevoegd.
  • Dimension Styles: Een lijst met maatvoeringsstijlen. Tevens kunnen nieuwe maatvoeringsstijlen worden toegevoegd.
  • Xrefs: Een lijst met externe tekeningen die gekoppeld zijn aan de huidige tekening.
  • Images: Een lijst van afbeeldingen(bitmaps) die gekoppeld zijn aan de huidige tekening.
  • Dependencies: Een lijst van externe bestanden en definities nodig voor de huidige tekening. Ontbrekende definities zijn gemarkeerd.
  • Page Setups: de instellingen van de layouts (paper space)
  • Section planes: Vlakken waarmee een tekening als doorsnede gezien kan worden
  • View detail styles: Details weergave in paperspace bij mechanische onderdelen
  • View section styles: Doorsnede weergave in paperspace bij mechanische onderdelen.

In de Drawing Explorer staan settings die in de tekening worden opgeslagen. Stel daarom de template die gebruikt wordt bij het maken van een nieuwe tekening goed in, zodat alles meteen goed staat bij een nieuwe tekening. De gebruikte template is te vinden met het commando BASEFILE.